Adviesrecht opdrachtverstrekking extern deskundige 

Bestuurders passeren hun ondernemingsraad te vaak in het adviesrecht over de opdrachtverstrekking aan een extern deskundige. Dat is echt jammer, want dit recht zorgt voor vroegtijdige invloed van de ondernemingsraad (OR). Tijdige en zinvolle inspraak van de OR is een gezamenlijk belang. Waarom is dit deel van het adviesrecht dan toch zo’n lastige kwestie? Is het onwil of onkunde van bestuurders? Hoe dan ook: het is hoogste tijd voor verbetering. In deze blog van Maatschap voor Medezeggenschap lees je de achtergronden en de tips. Bel gerust als je een actuele vraag hebt Contact

Adviesrecht opdrachtverstrekking aan extern deskundige, wat staat er in de WOR?

adviesrecht ondernemingsraad opdrachtverstrekking extern deskundigeReorganisaties en ICT-kwesties zijn voorbeelden van onderwerpen waar zo’n externe partij vaak een opdracht voor krijgt. De bestuurder/organisatie heeft zelf onvoldoende kennis, of er is behoefte aan externe procesbegeleiding. Hoe mooi zou het zijn als de OR al in deze fase kan adviseren over de nog te verstrekken opdracht. Dit is namelijk precies de bedoeling. In de Wet op Ondernemingsraden staat dit verwoord in WOR art. 25.1.n. De bestuurder moet een adviesaanvraag aan de OR voorleggen vóórdat er aan een extern deskundige een opdracht wordt geformuleerd of verstrekt waarna deze persoon iets mogelijk adviesplichtigs gaat onderzoeken. Het formuleren én het verstrekken van de opdracht aan deze extern deskundige valt dus onder het adviesrecht. Het woord “mogelijk” geeft aan dat het op voorhand niet duidelijk hoeft te zijn of het voorgenomen besluit daadwerkelijk uitgevoerd gaat worden. Het gaat in dit adviesrecht niet alleen over de keuze van de deskundige, maar ook over de inhoud van de adviesaanvraag (probleemstelling van het onderzoek). Dit is natuurlijk uitermate interessant voor de OR. De probleemstelling gaat immers in op de beweegreden van het voorgenomen besluit. Deelt de OR de probleemstelling of ziet de OR ook nog wat anders?

Voorbeeld

Een OR van een Milieudienst kreeg op het nippertje te horen dat er een voornemen was tot inhuur van een extern deskundige in verband met een reeds aangekondigde reorganisatie. De OR heeft zijn adviesrecht benut om zeker te stellen dat er inderdaad drie toekomstige scenario’s gelijkwaardig uitgewerkt werden. Bovendien werd aanvullend geadviseerd (en gehonoreerd) dat voor ieder scenario het budget werd berekend voor een sociaal plan en andere frictiekosten.

Is het onwil of onkunde?

De praktijk is meestal dat een OR pas achteraf ontdekt dat er al een extern adviseur is ingeschakeld. Soms omdat je iemand (in een iets te net pak) ziet lopen en dat je die persoon daarom niet herkent als collega. Of je leest het terug in een adviesaanvraag over een reorganisatie, aanbesteding, nieuwe werkzaamheden. Daaruit blijkt de bestuurder zich heeft laten bijstaan door een extern bureau/deskundige.

Let wel: dit overkomt ook ondernemingsraden waar er sprake is van een goede overlegsfeer en waar er goede werkafspraken zijn gemaakt over dit onderwerp. Waarom is dit toch zo hardnekkig verschijnsel? Is het onwil of is het onkunde van de bestuurder?

Logica in de WOR?

Tijdens de uitleg van de WOR komt dit plaatje vaak aan bod:

ondernemingsraad WOR mvmz

De OR en de bestuurder kijken vanuit een verschillende invalshoeken naar dezelfde organisatie.  De bestuurder is primair verantwoordelijk om te zorgen dat de organisatie zich goed aanpast aan kansen en problemen vanuit de omgeving. De OR kijkt vanuit de belangen van collega’s naar het organisatiebelang. Dit zie je ook terug in de kracht van de bevoegdheden van de OR. Er is echter één uitzondering. Jawel: het verstrekken van een opdracht aan de extern deskundige die iets mogelijk adviesplichtigs gaat onderzoeken. Dit adviesrecht zit op het niveau waar ondernemingsraden informatie kunnen (op)vragen en vooral horen wat er speelt in de omgeving van de organisatie (WOR 24+31). Daarom is het wel begrijpelijk dat de bestuurder zijn OR niet direct om advies vraagt. Dit blijkt ook uit de volgende citaten van bestuurders:

  1. Maar ik hoef toch niet voor iedere opdrachtverstrekking naar de OR?
  2. Dit gaat om inhuur voor uitvoering van reguliere taken
  3. Het gaat om een pilot
  4. De OR moet niet op mijn stoel gaan zitten
  5. Deze deskundige is werkzaam in dezelfde concern en dan geldt het adviesrecht niet

Is het daarmee onwil of onkunde? Jij mag het zeggen. Heb je voorbeelden uit je OR-praktijk?  Reageer hier.

Het motto van Maatschap voor Medezeggenschap is in ieder geval: maak de verschillen (zie afbeelding) productief. Zorg dat beide driehoeken gelijkwaardig onderdeel uit maken van de besluitvorming. Zo ontstaat er meer draagvlak, een beter besluit en snelheid. Kortom zo ontstaat de meerwaarde van de OR. Wil je meer weten over de hoofdlijnen en logica in de WOR? Kijk hier Introductietraining Wet op Ondernemingsraden. Dit kan ook online.

Vanaf nu gaat het anders…

  1. Zorg dat je als OR zelf ook het artikel kent en begrijpt. Let daarbij ook op dat de opdrachtverstrekking aan een extern deskundige voor een instemmingsplichtig onderwerp onder het informatierecht WOR 31c valt.
  2. Bespreek de bevoegdheid 25.1.n expliciet met de bestuurder. Niet iedere opdracht hoeft langs de OR, maar wel die opdrachten die mogelijk tot adviesaanvragen gaan leiden. Stel eventueel een convenant op waarin je de spelregels concretiseert. Lees hierover meer in deze blog: Convenant ondernemingsraad voor spelregels met de bestuurder. Denk bijvoorbeeld aan:
      1. Een versnelde procedure: een WOR 25.1.n-aanvraag hoeft minder lang te duren dan een daadwerkelijke reorganisatie.
      2. Garandeer de geheimhouding (WOR artikel 20), want het is in deze fase nog helemaal niet zeker of er straks belangrijke adviesplichtige besluiten genomen gaan worden.
      3. Agendeer het onderwerp standaard bij de Periodieke bespreking van de algemene gang van zaken (artikel 24 WOR)
  3. Bespreek het onderwerp met de RvC/RvT. Bij belangrijke adviestrajecten zijn de toezichthouders ook betrokken. Wijs hen op de bevoegdheid en dat de OR voortaan deze opdrachtverstrekkingen ter advies voorgelegd wil krijgen.
  4. Vraag na waar deze post van mogelijke inhuur op de begroting staat en in het jaarverslag.
  5. De inhuur van een extern deskundige gebeurt in de allereerste beginfase van de besluitvorming. Informeel alert zijn is daarom zinvol. Vaak noemt een bestuurder al wel een ontwikkeling of een probleem in deze beginfase. Vraag op zo’n moment goed door en vraag expliciet of het adviesrecht conform artikel 25.1.n aan de orde is.
  6. Realiseer je als OR dat je naar de Ondernemingskamer kan gaan als je wederom gepasseerd wordt. Kortom: zorg dat de basis op orde is en neem de OR-bevoegdheden zelf ook serieus.

Hoe zit het met instemmingsrecht?

Let op: deze hele blog gaat over adviesrecht. De inhuur van een extern deskundige voor een instemmingsplichtig onderwerp valt onder het informatierecht WOR 31c van de OR. De opdracht en het rapport kan de OR ter informatie opvragen. Dit kan bijvoorbeeld aan de orde zijn bij het te houden MTO. Meer hierover lees je hier.

Wat de bestuurder kan dat kan de OR ook

Lees meer over de inhuur van een eigen deskundige voor de OR in deze eerdere blog Extern deskundige ondernemingsraad geeft meer invloed

Contact

Het is best lastig om de juiste toon te vinden en goed aan te geven waarom dit adviesrecht belangrijk is. Heb je een vraag? Neem gerust contact op.

Katrien Hugenholtz

Als ervaren adviseur/trainer help ik ondernemingsraden een onderbouwde mening te vormen over lastige en belangrijke onderwerpen.

Geef een Reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

{"email":"Vul aub een geldig e-mailadres in","url":"Vul aub een geldige website in","required":"Vul aub alle verplichte velden in"}

Geïnteresseerd? Neem contact op!

Wil je weten wat de Maatschap voor Medezeggenschap voor jou kan doen? Neem dan contact op met mij, Katrien Hugenholtz. Ik bespreek graag de mogelijkheden tijdens een oriënterend gesprek. Dat kan telefonisch of ik kom bij je langs.

Katrien-Hugenholtz-adviseur-trainer-ondernemingsraad-maatschap-voor-medezeggenschap